
50 jaar Sporta-federatie (1975-2025)
Een halve eeuw beweging voor iedereen
Van een bescheiden begin tot een toonaangevende sportfederatie: op 30 december 2025 viert Sporta haar 50-jarig bestaan. Deze bijdrage neemt je in 2 delen mee door de rijke geschiedenis van de federatie, van de oprichting van Sporval in 1975 (deel 1) tot het brede, inclusieve sportaanbod van vandaag (deel 2).
Het laat zien hoe Sporta generaties Vlamingen in beweging bracht.
DEEL 1
(1975-1999)
Waar het allemaal begon
De roots van Sporta liggen bij pater Antoon Van Clé, norbertijn in de abdij van Tongerlo en een man met een duidelijke visie: sport moest meer zijn dan winnen of verliezen. Voor hem draaide sport in de eerste plaats om gezondheid, plezier en karakteropbouw. Competitie mocht geen doel op zich worden, maar moest altijd in balans blijven met opvoeding, geloof en het dagelijks leven.
Zijn overtuiging gaf Sporta in 1937 een unieke start. Geen blind streven naar titels of roem, maar wel aandacht voor fair play, gezondheid en de positieve kracht van sport in de samenleving. Deze brede waarde van sport vormt tot op vandaag de rode draad in alle deelwerkingen van Sporta.


1975 - Oprichting Sporval
Op 30 december 1975 richtte Sporta onder impuls van bezielend pionier Herman De Mulder de “Sport voor Allen-Federatie” op, afgekort “Sporval”. Het doel van Sporval was duidelijk: een structureel aanbod creëren dat sportbeoefening toegankelijk maakte voor iedereen. De nadruk lag op recreatie en gezondheid, niet op competitie of prestatiedruk. Het initiatief sloot aan bij de Europese campagne Sport voor Allen.
Van bij de start profileerde Sporval zich als pleitbezorger van fair play en gezonde recreatieve sportbeoefening. In de daaropvolgende jaren ontstonden de eerste recreatieve sportclubs en campagnes.
Sportahuis in Berchem
De Sporval-werking kreeg onderdak in het Sportahuis aan de Theofiel Roucourtstraat 3 in Berchem, waar sinds 1969 ook het algemeen secretariaat en de administratie van Sporta gevestigd waren.
Sporval activiteiten in '70 - '80 '- 90
In de jaren de jaren ’70 en ’80 bouwde Sporta met Sporval-activiteiten een brede kalender van recreatieve sportmomenten uit. Het doel: mensen bereiken die via klassieke, vaak competitieve sportclubs moeilijk aansluiting vonden. Het aanbod stond open voor iedereen, maar richtte zich in het bijzonder op gezinnen, jongeren, gastarbeiders en senioren, wat poëtisch tot de “Gouden Leeftijd” werd gedoopt.
Om dit waar te maken werden, naast de bestaande “Sportakernen”, recreatieve clubs opgericht en tegelijk ook nationale programma’s uitgewerkt.
Wandelingen, fietstochten, omnisportweekends, bergtochten en skivakanties vormden het hart van het aanbod. Voor senioren werden actieve sportvakanties in Oostenrijk bijzonder populair, terwijl in eigen land omnisportdagen honderden deelnemers wisten te mobiliseren.
Met deze activiteiten maakte Sporta zijn missie concreet: sport aanbieden als bron van gezondheid, ontmoeting en plezier, los van prestatiedruk of competitie.
Opmerkelijke initiatieven uit de jaren '70, '80 en '90
In het licht van de Sporval-werking zette Sporta tal van initiatieven op om de Sporval-gedachte kracht bij te zetten. Zo werd de missie sterker dan ooit verankerd in de praktijk.

1976 - De Fair Play Club
Iedereen kon lid worden van de Fair Play Club, een initiatief binnen Sporta waarin leden fair play hoog in het vaandel droegen. Voor oprichter Alfred Cauwels ging fair play verder dan correct gedrag: het betekende respect voor jezelf en de ander en het beschermen van sport tegen invloeden zoals overmatige commercialisering en prestatiedrang. Enkele duizenden sporters sloten zich aan en droegen de gedachte verder uit. Na Cauwels’ overlijden in 1990 verdween de club, maar zijn visie bleef internationaal voortleven in het Manifest van de Fair Play.

1979 - Sport voor 't leven
In 1979 werd de club Sport voor ’t Leven opgericht, met als doel de bevolking bewust te maken van het belang van levenslang bewegen. Fit en actief blijven stond centraal, ongeacht de leeftijd. Leden kregen daarbij praktische ondersteuning in de vorm van een tweemaandelijks clubblad en een trainingsboekje om hun persoonlijke beweging en vooruitgang bij te houden. Zo werd bewegen een vaste gewoonte en een manier om gezondheid en welzijn te bevorderen.

Sporta-jongerenvakanties
Naast het brede recreatieve sportaanbod organiseert Sporval ook de Sporta-kampen. Die traditie gaat terug tot eind jaren ’50, toen Sporta als eerste in Vlaanderen sportieve jongerenvakanties aanbood. Van binnenlandse tot buitenlandse kampen, met activiteiten gaande van initiatie tot gevorderde vervolmaking in uiteenlopende sporttakken: generaties jongeren vonden er hun weg. Tot vandaag blijft Sporta toonaangevend in uitdagende en kwaliteitsvolle sportvakanties.

Studie en informatie
Begin jaren ’70 richtte Sporta een aparte studiedienst op, met als doel actuele sportthema’s en maatschappelijke vraagstukken binnen de sport op te volgen en bespreekbaar te maken. Onderwerpen zoals dopingwetgeving, het sociaal statuut van de sporter en medische keuringen kregen zo een forum voor debat en reflectie. Via publicaties en congressen bood Sporta een platform dat vaak nog jaren later inspiratie bood en richting gaf aan het beleid. Denk aan het decreet inzake medisch verantwoorde sportbeoefening (1991) en dat over het statuut van de niet-professionele sportbeoefenaar (1996).
Sporta-publicaties
Tijdschrift "Sporta"
Een maandblad over sport en cultuur, waarin een staf van ervaren redacteurs het sportgebeuren kritisch maar warm van commentaar voorzag. Later werd dit tijdschrift gemoderniseerd tot het “Sporta Magazine”.
Tijdschrift "Sport en jeugd"
Het enige sportblad gericht op jongeren. Wie pleitte voor een sportieve jeugdopvoeding of zelf sportief wilde leven, vond waardevolle en inspirerende inhoud in dit tweemaandelijks tijdschrift.
"Sporta-cahiers"
Uitgebreidere uitgaven over uiteenlopende sportthema’s, gebaseerd op de inhoud van Sporta-congressen. Onderwerpen varieerden van sportgeneeskunde, sociaal en politiek tot financiële aspecten van sport.
